ACT en Onzekerheid

Onzekerheid, we krijgen er allemaal in mindere of meerdere mate mee te maken. Kan ik het wel? Ik weet niet wat ik moet doen? Ben ik wel de juiste persoon hiervoor? Heb ik de juiste keuze gemaakt? Allemaal gedachtes waaraan onzekerheid ten grondslag ligt. Gedachtes die zo luid kunnen worden dat ze al het andere overstemmen en er dan voor zorgen dat iemand zo onzeker wordt dat niets meer lukt. Met wat we binnen Acceptatie en Commitment Therapie vermijdend gedrag noemen als gevolg, vaak ik in een van de vormen van flight, fight of freeze: vluchten (het maar opgeven, iets anders gaan doen, ontkennen dat er een probleem is), vechten (dingen gaan doen om het op te lossen: nog maar een cursus yoga, meer boeken lezen over iets, in therapie gaan om alles te weten over je verleden en trauma’s) of stilstaan (niets meer doen, geen keuzes maken).

Binnen Acceptatie en Commitment Therapie (ACT) gaat het er niet om de onzekerheid weg te halen. Twijfelen is niet verkeerd. Op zich. Onzeker zijn over welke keuze te maken is eigenlijk best gezond. Het tegenovergestelde is ongezonder… zo vol zijn van jezelf, zonder erbij stil te staan keuzes maken betekent in de praktijk dat je zult herhalen wat je altijd al doet. Leren, andere richtingen kiezen, nieuwe dingen proberen, dat hoort allemaal bij een flexibel leven. En het zorgt ook voor onzekerheid.

Maar onzekerheid kan ook een vorm aannemen die niet gezond is. Die inflexibel is, in de termen van ACT. Dan zorgt het ervoor dat we vluchten, vechten of stilstaan: vermijding volgens ACT. Het ‘hoe’ van de vermijding is meestal wel makkelijk te achterhalen. Kijk naar je gedrag en je zult zien dat in een inflexibele situatie je gedrag een reactie is om ergens vandaan te gaan. Iets niet te willen voelen, iets niet onder ogen willen komen, ergens niet over hoeven na te denken, geen keuzes te hoeven maken. Het gedrag is makkelijk te zien, en ook vaak iets waar een cliënt last van lijkt te hebben. De hulpvraag waar iemand mijn praktijk mee binnenkomt is meestal in de vorm van ‘help mij van mijn vermijdingsgedrag af!’ Anders verwoord natuurlijk – ik wil niet meer zo verdrietig zijn, ik ben zo moe, ik wil af van mijn stemmetjes die me vertellen wat ik moet doen of moet laten.

Een goede eerste stap dus, dat gedrag waar we last van hebben, dat ACT benoemt als onwerkbare acties, als vermijding leren zien. Maar de grote vraag daarna is dan: Vermijding van wat? Waar ga je van weg? Dat gevoel van onzekerheid dat eronder ligt (bijvoorbeeld), waardoor je heel impulsief dingen gaat doen, of doet wat je vriend zegt dat je zou moeten doen, etc etc, dat onderliggende gevoel, dat is waar volgens ACT we eerst naar zouden moeten kijken. Wat we onder ogen moeten komen, de sterke drang om ervan weg te gaan opmerken, en langzaam maar zeker dat onderliggende gevoel te accepteren. Dat onderliggende gevoel kan vanalles zijn overigens, onder die onzekerheid ligt waarschijnlijk nog wel iets fundamentelers. Een bepaalde gedachte bijvoorbeeld (ik ben niet goed genoeg, ik kan het toch niet, ik mag geen ruimte innemen) of misschien wel een angst.

Weg met de onzekerheid! Toch?

Vaak wordt de vraag gesteld: oke, ik accepteer het wel, maar wat dan? Die onzekerheid, die gedachten, die ken ik wel, die heb ik al heel mijn leven, maar ik wil er nu wel eens vanaf, niet alleen maar nog een keer onder ogen komen. Ik wil verder met mijn leven! Welke stap komt daarna??!!

Volgens mij is dat niet hoe acceptatie werkt, zoals acceptatie binnen ACT bedoelt wordt. Acceptatie is niet iets dat je hebt gedaan of hebt bereikt en dat je daarna verder kunt gaan met je leven. Je bevindt je eigenlijk continu op de pijler vermijding-acceptatie, de ene keer meer naar de inflexibele kant, de andere keer meer naar de flexibele kant. Acceptatie is een levenslange weg. Vermijden is niet iets waar je mee kunt leren ophouden en dat het dan achter je ligt. Sterker nog, als je een bepaalde manier van vermijden niet meer doet, bijvoorbeeld geen alcohol meer drinkt, of geen eten meer laat staan, heb je die vermijdingsstrategie waarschijnlijk ingeruild voor een andere. De onderliggende angst, pijn, gedachte, zal iets zijn wat er ook altijd is. Dus de vraag: ik accepteer het, en wat nu, getuigt er vooral van dat er nog geen acceptatie is. Of dat er nog heel wat meer acceptatie mogelijk is.

Zodra er werkelijke existentiële acceptatie is van dat onderliggende, is er niet meer iets om te vermijden, en ook als je dan nog steeds gedachten, angsten, emoties, en vermijdingsstrategieën hebt, dan zul je deze niet in de weg laten komen van je het leven dat je wil leiden. Bij acceptatie komt er ruimte om te leven. Niet een leven zonder onzekerheid, maar met onzekerheid die opeens tot een kracht is geworden. Een kwaliteit. Die je in kunt zetten op de momenten dat jij dat wil, in flexibiliteit, niet omdat het ‘moet’.

Kwaliteit

Mogelijkheden zien

Flexibiliteit


Allergie

Egoïsme

Starheid

Valkuil

Onzekerheid

Besluiteloosheid


Uitdaging

Zelfvertrouwen

Ergens voor gaan


Voorbeeld van een kernkwadrant aan de hand van ‘onzekerheid’

Beeldende opdracht

Vaak is iets waar we last van hebben, een bepaald gedrag dat tot overlevingsmechanisme is verworden enkel negatief omdat we het op de verkeerde manier, op het verkeerde moment en in de verkeerde omstandigheden inzetten. In ACT-termen: we zijn er zo mee gefuseerd dat we inflexibel zijn en het altijd inzetten omdat we ervan overtuigd zijn dat we daarmee het onderliggende pijnpunt kunnen vermijden.

Soms is het lastig om direct naar de onderliggende pijn te gaan met een cliënt, bijvoorbeeld als er nog te weinig inzicht is over het vermijdingsmechanisme. Dan kan het handig zijn om samen een kernkwadrant in te vullen en dat beeldend te onderzoeken. Ik heb voor mezelf dat gedaan, door onzekerheid als ‘valkuil’ in te vullen. Eronder heb ik nog een vertaling gezet, een tweede nauw verbonden term die een net ander kernkwadrant oplevert, of binnen hetzelfde kernkwadrant bekeken het net rijker en meer persoonlijk toegespitst op mij maakt. Bij een kernkwadrant is het heel erg belangrijk dat de woorden kloppen voor de cliënt.

De uitdaging is het positief tegenovergestelde van de valkuil. De allergie is het ’te veel van de uitdaging’, en een reden waarom de uitdaging zo moeilijk voor mij is. De kwaliteit is het positief tegenovergestelde van de allergie. En om te kijken of het rondje klopt, moet de valkuil het ’te veel van de kwaliteit’ zijn.

De volgende stap is het in beeld brengen van deze vier delen. Snel en energetisch: dus in kleur en beweging, elke op een los A4 met oliepastel. Vier beelden om te counselen lijkt misschien wat veel, maar je bent eigenlijk met een heel specifiek onderzoek bezig. Hoe werkt onzekerheid, waarom is het zo lastig, hoe werkt dat nu eigenlijk bij de cliënt? Niet te veel praten dus, maar laten ervaren. Juist door de tekeningen op losse vellen te laten maken kun je er mee spelen, het laten ervaren hoe het is om je te verbinden met de uitdaging als de valkuil er naast ligt bijvoorbeeld. Of door er op te gaan staan. Mee laten gaan met de aandrang om ergens wel/niet verbinding mee te maken, en dan uitnodigen het tegenovergestelde te proberen. Experimenteren. Een hele directe en mooie manier om de bewegingen die horen bij vermijding en acceptatie op te merken, en de cliënt te laten merken hoe snel die processen worden ingezet, waarschijnlijk onbewust.

Dit stuk is eerder gepubliceerd in Stroom in Beeld, voorjaar 2023.